donderdag 10 februari 2011

Op reis met Erika Van Tielen in Slovenië voor Vlaanderen Vakantieland

Vlaanderen Vakantieland reporter Erika Van Tielen ging raften, skeeleren, paragliden én cultuur opsnuiven in het zonnige Slovenië.
Slovenië is maar half zo groot als Nederland en heeft een goed wegennet, wat maakt dat het heel gemakkelijk te verkennen is met de auto. 'Alles ligt er dicht bij elkaar', vertelt Erika Van Tielen. 'Zo kan je voor elke activiteit of bezienswaardigheid genoeg tijd uittrekken.'
 

Gelukkig is Erika Van Tielen sportief ingesteld, want bij aanvang van haar reis mag ze meteen aan paragliding doen in het Triglav Nationaal Park, het enige nationaal park, genoemd naar de Triglav, de hoogste berg van het land.
'Elke Sloveen moet volgens de traditie één keer de Triglav (2864 meter) beklimmen. Paragliding over het park is zeker de moeite waard, want zo zie je bijvoorbeeld heel goed het prachtig blauwe water van het gletsjermeer van Bohinj. Rond dit meer kan je trouwens ook fantastisch mountainbiken. Vlak aan het meer is in de winter het skigebied Vogel (www.vogel.si) te vinden. Je kan er even mooie bergwandelingen maken als in de Alpen.'
Piekfijn
Erika Van Tielen: 'Slovenië is een zeer modern Europees land, dat niets meer wil en ook niks meer te maken heeft met het voormalige Joegoslavië. Dat merk je heel sterk aan de inwoners: ze willen dat alles piekfijn in orde is, spreken goed Engels en houden van het buitenleven. Ze doen dan ook zelf aan allerlei buitensporten als kajak, rafting, mountainbike, noem maar op.'
Ondanks die drang naar moderniteit, vind je hier ook nog heel veel authenticiteit terug. Op weg naar de Socavallei rijdt Erika Van Tielen langs de mooiste weg van Slovenië en ontdekt ze Studor, één van de vele pittoreske dorpjes. 'Je wordt echt terug in de tijd geworpen. Net voor de zomer maaien ze er het gras en drogen ze dat op rekken langs de weg. Het stro gebruiken ze onder meer voor hun daken.
 
De weg die wij gevolgd hebben, start bij Kranska Gora, bekend om de Planica of de skispringschans waar regelmatig tornooien gehouden worden. Van daaruit rijd je door het Triglav Nationaal Park om dan via de Vrsic Pass naar de vallei van de Socarivier af te dalen. De weg is tijdens de Eerste Wereldoorlog aangelegd door Russische dwangarbeiders en telt wel vijftig bochten: de eerste vijfentwintig leiden je naar boven, de andere vijfentwintig naar beneden.
 
Wie misselijk wordt in de wagen, begint hier dus maar beter niet aan (Erika Van Tielen lacht). Het is echter een heel mooie pas, waar je veel fietsers en zelfs lopers tegenkomt. Als je terug beneden bent, in het Socadal, hét adrenalinemekka van Slovenië, kan je in bijvoorbeeld Bovec aan rafting en andere outdoorsporten doen. Wij gingen raften met Simon van Maya Outdoor Center (www.maya.si).'
Hemingway
Het is er echter niet altijd zo'n smaragdgroen paradijs geweest. In Kobarid vind je een museum (www.kobariski-muzej.si) dat herinnert aan de vele oorlogsslachtoffers die twee jaar voor de slag bij Kobarid (24 oktober 1917) aan het Socafront vielen. De strijd draaide tussen de Oostenrijkers, de Hongaren en de Duitsers aan de ene kant en de Italianen aan de andere kant. De Oostenrijkers slaagden erin de eerste Blitzkrieg te doorbreken en de Italianen terug te dringen. Ernest Hemingway baseerde hierop zijn roman A farewell to arms.
'Wij zouden nogal snel vergeten dat er ook op andere plaatsen dan in de Westhoek zwaar is gevochten is. Ook hier vielen in twee jaar tijd een miljoen doden. Nu is het er echter zeer mooi en idyllisch, wat natuurlijk een vreemd contrast vormt met de beladen geschiedenis', zegt Erika Van Tielen.
De volgende halte is Bled, een prachtige, wat mondaine stad waar voormalige partizanenleider maarschalk Tito vroeger nog een zomerresidentie had. 'Vila Bled (www.vila-bled.com) is nu een heel chique hotel', vertelt Erika Van Tielen. 'Er hangt nog een authentiek projectiescherm waarop Tito vroeger zijn favoriete Amerikaanse westernfilms bekeek. In dezelfde zaal zie je nog authentieke partizanenfresco's.'
Bezoek in Bled ook zeker het adembenemende kasteel, dat hoog bovenop de rotsen boven alles uittorent. 'Vanuit het kasteel heb je een mooi uitzicht op het meer en vooral op het eilandje middenin het meer van Bled. Daar kan je heengaan met een speciaal bootje of pletna, vergelijkbaar met een Venetiaanse gondel.
 
Op dit eiland wordt er heel veel getrouwd, en wel omdat er vlak voor het kleine kerkje 99 trappen liggen. Volgens de traditie moet de bruidegom zijn bruid de trappen opdragen, wil hij een gelukkig huwelijk hebben. Wil je nog eens een garantie op het eeuwig geluk, dan moet je er bovendien in slagen om de klok van de kerk driemaal te doen luiden. Het is een mooie traditie en daarom komen ook heel wat buitenlandse koppels hier trouwen.'
Op naar de zonnige kuststad Piran, een historische stad die groot is geworden onder de Venetianen en daarom ook heel veel Italiaanse invloeden kent. 'Qua architectuur is dit echt een heel mooie stad', zegt Erika Van Tielen. 'Verwacht hier echter geen zand- of keistranden, want er zijn alleen maar rotsen. Toch schrikt dat de echte zonnebaders niet af.
 
Je kan hier dan weer wel genieten van de typische cafés en winkeltjes die je in andere kuststreken ook vindt.' Naast gezellig kuieren in de badstad kan je ook de zoutpannen van Piran bezoeken. Vogelliefhebbers moeten hier beslist een kijkje komen nemen, want het gebied staat bekend als een vogelparadijs.
Wijnliefhebbers kunnen hier hun hart ophalen, meer bepaald in Goriska Brda, een heuvelachtig gebied tussen de Socarivier en de Idria. Het is één van de grootste wijnproducerende regio's en hij telt ook heel lekkere restaurants, zoals bijvoorbeeld Hisa Franco (www.hisafranko.com). 'Het is een heel vruchtbare streek waar ook veel fruit wordt geteeld. Langs de baan vind je regelmatig stalletjes waar je bijvoorbeeld verse kersen kunt kopen. Ideaal voor als je met de auto onderweg bent!'
Paarden
Lipica, vlakbij de Italiaanse havenstad Triëst, is de place to be voor elke paardenliefhebber. Erika Van Tielen: 'De paardenschool is op het einde van de 16de eeuw gesticht om elegante paarden te leveren aan de hofstallen in Wenen. Vandaag worden hier nog steeds de beroemde Lippizaners gefokt. Bijzonder is dat deze paarden zwart geboren worden en pas na ongeveer tien jaar wit worden.'
Na een brok cultuur is het opnieuw tijd voor een stukje natuur. Slovenië is wijd en zijd bekend om zijn grotten; het land kent het grootste grottenstelsel ter wereld. 'De grotten van Postojna zijn de bekendste, maar die van Skocjan zijn de mooiste en zelfs uitgeroepen tot werelderfgoed. Je vindt er niet alleen de bekende stalagmieten en stalactieten, maar je kan er ook in een 100 meter hoge canyon lopen. Heel indrukwekkend. Je kan er gemakkelijk een ondergrondse wandeling van 2 km in maken.'
Erika Van Tielen's autovakantie eindigt in Ljubljana, de hoofdstad van Slovenië. 'Het is een leuke, kleine stad, waar veel jong volk te vinden is. Op één dag kan je de stad helemaal verkennen, maar het is beslist de moeite waard.'
De stad is getekend door twee belangrijke historische figuren: de dichter Presern, die het volkslied inspireerde met een van zijn liederlijke gedichten, en de architect Plesnik, die de stad wilde inrichten naar het Atheense model en er dus voor een groot deel het uitzicht heeft bepaald. 'Waar je zeker een kijkje moet gaan nemen, is in Metelkova, een artistieke enclave binnen Ljubljana.
 
Hier vind je Celica (www.souhostel.com) terug, de voormalige gevangenis waarvan de cellen door plaatselijke kunstenaars zijn ingericht tot hotelkamers. Het is gek om te bedenken dat op dit domein vroeger Joegoslavische legerbarakken waren ondergebracht.
 
Vandaag is het echt een toeristische pleisterplek geworden en het mekka van de alternatievelingen. Je kan er concerten bijwonen, iets gaan drinken in het café of gewoon van de kunstenaarssfeer gaan genieten. Wij hebben er een Balkan meets metal meets folk-concert mogen meemaken, wat beslist een heel bijzondere ervaring was (Erika Van Tielen lacht)!'

zondag 6 februari 2011

Erika Van Tielen Vlaanderen vakantieland olie massage in Zuid-Tirol

Zeg nooit zomaar Tirol tegen Zuid-Tirol. Hoewel veel mensen er Duits spreken en de schnitzels en lederhosen nooit ver weg zijn, hoort de streek wel degelijk bij Italië. Erika Van Tielen ontdekt er de perfecte mix tussen 'Dolce Vita' en 'Gründlichkeit'.
Erika Van Tielen maakt in Vlaanderen Vakantieland kennis met de twee lokale helden. Ötzi, de ijsman. En Reinhold Messner, de wereldberoemde bergbeklimmer.
 
Erika Van Tielen ontdekt het kuuroord Meran met de hulp van onze eigen Sissie: Evy Gruyaert.
En Erika Van Tielen maakt ook tijd voor een stevig mountainbikeritje en een prachtige bergwandeling. De olie massage achteraf in een luxe-wellnesshotel is de kers op de sowieso al erg lekkere taart.
REPORTER : Erika Van Tielen
REGISSEUR : Etienne Bruylandt
Dolce Vita is een keten van vijf wellnesshotels in de Vinschgau-vallei in Zuid-Tirol.
 
Elk hotel heeft zijn eigen stijl en je mag tijdens je verblijf ook telkens gebruikmaken van de faciliteiten van de andere vier hotels.
 
Ze beschikken elk over een uitgebreid wellnesscenter. Erika Van Tielen laat zich naakt eens lekker verwennen met een olie massage.
Südtiroler Archeologiemuseum
In de zomer van 1991 vond het Duitse echtpaar Simon in de Ötztaler Alpen op 3210 meter een lijk. Het was geen verongelukte bergbeklimmer, maar een gevriesdroogde mummie die de troetelnaam Ötzi kreeg.
 
Onderzoek toonde aan dat Ötzi ongeveer 5300 jaar geleden heeft geleefd en 46 jaar was toen hij stierf.
 

Tegenwoordig kun je Ötzi zien in het Südtiroler Archeologiemuseum in Bozen/ Bolzano. Opgelet, want het museum is van 14 tot en met 28 februari 2011 gesloten.
Messner Mountain Museum
Reinhold Messner beklom al op jonge leeftijd rotsen, maar werd vooral beroemd doordat hij als eerste alle veertien bergen hoger dan 8000 meter beklom.
 
Hij gebruikte daar geen zuurstofflessen voor. Erika Van Tielen vraagt hem alles van het lijf. Bezoek het Messner Mountain Museum
Boek via je Dolce Vita hotel een ritje met de Cabrio naar de Reschensee.
Waan je net als Erika Van Tielen Sissi in de prachtige tuinen van Schloss Trauttmansdorff en in het kuuroord Meran. Daar is ook een Sissi-wandelweg.
 
De route vind je in een folder te verkrijgen bij de toeristische dienst. Opgelet, de tuinen en het touriseum zijn gesloten tot 1 april 2011.
Glurns is het kleinste stadje van Zuid-Tirol en daardoor alleen al zeker een bezoek waard.
www.glurns.net
Doe als Erika Van Tielen vooral gezond: mountainbike, wandel en laat je verwennen in deze prachtige streek.